Vrijstelling van BTW voor schuldpreventie

De activiteiten van een ondernemer met een administratie- en fiscaal advieskantoor bestonden uit budgetbeheer, budgetbegeleiding en budgetadvisering. Er werd al dan niet gebruik gemaakt van de instrumenten van beschermingsbewind en curatele. De diensten werden vrijwel uitsluitend verleend aan personen met een verstandelijke beperking, die niet in staat waren om zelfstandig hun financiën te beheren. Sommige cliënten verbleven in een 24-uurs zorginstelling. Anderen woonden zelfstandig maar stonden onder toezicht van een zorginstelling. De fiscus had naheffingsaanslagen omzetbelasting opgelegd. In geschil met de fiscus was of de diensten waren vrijgesteld voor de omzetbelasting. De rechtbank stelde dat de ‘verpleeg’vrijstelling niet van toepassing was. Volgens de rechtbank waren de diensten niet kenmerkend en essentieel voor het verzorgen van in een inrichting opgenomen personen. Het beheer van de financiën was geen taak die rechtstreeks onder de verzorging of verpleging viel. Wel achtte de rechtbank de vrijstelling voor schuldhulpverlening van toepassing. De rechtbank vond dat niet alleen hulp bij problematische schulden, maar ook het voorkomen van problematische schulden onder schuldhulpverlening moest worden begrepen. Dit sloot ook aan bij de ratio de vrijstelling voor sociale en culturele prestaties.

uitspraak: