Er gelden in het kader van de werkkostenregeling nieuwe regels voor personeelsfeesten. Waar moet u op letten wanneer u iets wilt vieren met uw personeel?
In de eerste plaats is belangrijk of u een feest buiten de deur houdt, of niet. Bij personeelsfestiviteiten op de eigen werkplek geldt voor de fiscus een zogenoemde nihilwaardering. De ter plekke door de cateraar verstrekte hapjes en drankjes vormen dan geen loon. Zou u diezelfde hapjes en drankjes laten verzorgen op een externe locatie, dan zijn de kosten daarvan ineens wél loon voor uw werknemers. Dat kan dan tot heffing van loonbelasting leiden.
De gezellige dag op kantoor kun u afsluiten met een lopend buffet. Dan moet u volgens de fiscus € 3,20 tot het loon rekenen. Over die maaltijd moet u loonheffing afdragen. Voor dat buffet maakt het niet uit of u die op de bedrijfslocatie zelf laat serveren, of wanneer u dat elders zou doen. Maar in de praktijk blijkt, dat een buffet op het werk zelf toch buiten de heffing kan blijven.
U kunt ook besluiten om dit jaar het personeelsfeest eens anders in te kleden. U maakt er een studiedag van op het bedrijf zelf. Op die dag praat u het personeel bij over lopende bedrijfszaken en u huurt een cursusleider in voor de teambuilding. Tussendoor is er tijd voor ontspanning met een lunch, een hapje en een drankje. Aansluitend volgt een feest in de partytent op de parkeerplaats. Over de kosten van de studiedag, inclusief die van de lunch, hoeft u geen loonbelasting te betalen. De fiscus is van mening dat het feest na afloop, met lopend buffet en een artiest, een losse activiteit is. Die heeft een consumptief karakter. De kosten ervan vormen dan loon. Maar, de kosten aansluitend aan een studiedag kunnen ook best zakelijk van aard zijn. Als u bijvoorbeeld tijdens die avond nog een teambuildingsactiviteit verzorgt, krijgt de avond zelf ook een zakelijk karakter. En dan zijn er weer geen gevolgen voor de loonheffing.
Een personeelsfeest biedt dus fiscale mogelijkheden. Informeer uzelf! Een feest moet wel een feest blijven!
Van Vugt & Van Hulten Belastingadviseurs, april 2015